Het is vrijdagavond 24 juni. Ik voel me weer net zo sip als toen ik op vakantie nog tijdens de vakantie gedumpt werd door mijn vakantieliefde. Die Europese liefde was toen Frans, maar de schok van de Engelse afwijzing komt net zo hard aan.
Het begint zo vrolijk op de eerste Tour d’Overheid, donderdag 23 juni 2016, de dag van de Brexit. Er is code oranje voorspeld, maar het grillige weer blijkt mee te vallen. Ondanks de buien arriveren drie volle bussen op tijd bij AVRI, het afvalbedrijf in Geldermalsen. Dat afvalbedrijf toont hoe je kunt werken in samenspraak met de werknemers. Van 4×9 uur op de vrachtwagens tot zo slim mogelijk werken met de financiële middelen. De passie voor duurzaamheid blijkt uit de individuele gesprekken.
Het zonnetje schijnt op weg naar Schiphol waar we zien dat FIOD en de Koninklijke Marechaussee nu samen boeven vangen. Ze stralen uit wat Arthur Docters van Leeuwen al jaren zegt: in samenwerking moet je blijven investeren. Wat tien jaar geleden niet mogelijk was, blijkt nu wel te kunnen. Niet omdat de regels nu heel anders zijn, wel omdat het gedrag is veranderd. Het gaat om openheid. Laten zien wat je doet, eerlijk zijn over je fouten en hoe je die gaat verbeteren.
‘In samenwerking moet je blijven investeren’
Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) is de laatste stop. De beste overheidsorganisatie van 2015. Mijn IenM collega trainee Albertine van Driel zegt het mooi:
‘In mijn ogen is het CBS de terechte winnaar. De manier waarop het CBS de stap heeft weten te maken naar een innovatieve organisatie die de maatschappij op open wijze tegemoet treedt en die goed gebruik weet te maken van traditionele en sociale media vind ik inspirerend. IenM kan op die punten veel van het CBS leren.’
Een ander jong talent van IenM waarmee ik op pad ben, is Marinde van Rooij. Zij heeft de dag zo ervaren:
‘Terugkijkend op Tour d’Overheid zie ik een rode draad in de werkbezoeken en gesprekken in de bus. Ik zie een verandering van een naar binnen gekeerde blik naar een naar buiten gekeerde blik. Werken voor een doel, daarin partners zoeken om samen verder te komen en gericht zijn op de eindgebruiker, zijn elementen die gedurende de dag terugkeerden.’
Ik ben van mening dat deze houding voor de jonge generatie ambtenaar al steeds vanzelfsprekender is, maar voor de oudere generaties het nog niet zo gemakkelijk is om deze omslag te maken. Ik denk dat wij als IenM daarin van deze drie overheidsorganisaties kunnen leren.
Het is heel bewust dat ik niet alleen op pad ben gegaan om de drie finalisten van de beste overheidsorganisatie te bezoeken. Iedereen kijkt met een bepaalde blik. Veel visies samenbrengen en daar over praten, levert meer lol en meer inzichten op dan het zelf beter weten. En word ik daar dan blij van? Nee, dat eigenlijk niet. Sterker nog, ik ben nog steeds een beetje verdrietig over de Brexit. Maar ik voel me wel beter als ik zie wat voor een veerkracht er schuilt in ‘saaie’ overheidsorganisaties die open staan voor verandering. Zij zijn klaar voor de volgende uitdaging in wat voor Europese context die ook mag komen.
Ipe van der Deen zegt
Er gebeurt meer goeds dan we naar buiten laten zien. Samenwerken met lak aan grenzen van organisaties (veelal bepaald door territoriumdrift) is bitter nodig. Zie ook de analyse in Frankrijk van falende inlichtingendiensten en andere overheidsdiensten. Wat zou er gebeurt zijn als militairen die niet mochten schieten hun wapens tegen de regels in wel hadden overhandigd aan politieagenten die wel mochten schieten?
Andere vraag: vanochtend (6 juli) op radio 1 weer een hoop gemopper op DE overheid, terwijl die net als DE Nederlander niet bestaat.
Wat zouden we kunnen of moeten doen om dat DE er uit te krijgen?