Het risico van silodenken is groot, constateert Annet Aris, docent digitale strategie aan Insead, in het FD. Deze constatering doet zij omdat ze in het nieuwe kabinet tien bewindslieden telt waar digitalisering en digitale initiatieven zijn belegd. Ze mist regie bij het thema digitale overheid en informatiesamenleving. Immers alle bewindspersonen hebben in hun ‘silo’, hun politieke domein, hun departement een eigen verantwoordelijkheid. Dat is de wet, maar in het digitale tijdperk gelden andere regels. De mensen in het land verwachten een overheid, die zich digitaal als één manifesteert richting inwoners en bedrijfsleven. Het succes van de (gevaarlijk?) machtige digitale platforms als Amazon, Google, Facebook en Microsoft hebben daar alles mee te maken. En door hun voortdurende data-verzamelen steken zij de overheden naar de kroon. En reken maar: deze grote Digi-bedrijven doen wat met hun data. En wat doet de overheid?
‘Zorg voor aanvullende middelen’
Inderdaad, ja, de overheid is op allerlei deelterreinen bezig, die zo nu en dan om stevige politieke regie vragen op wat met voorrang en in samenhang moet worden opgepakt. Daarom heb ik de nieuwe staatssecretaris van BZK, Raymond Knops, geadviseerd om – binnenkort, bij het overnemen van mijn regieopdracht- een aantal zaken in de gaten te houden. Allereerst politieke leiding te geven aan een interbestuurlijk overleg ‘informatiesamenleving’, waarin de digitalisering van het openbaar bestuur in de context van de informatiesamenleving wordt geagendeerd. Maatschappelijke opgaven zouden daarbij centraal moeten staan. Daarnaast heb ik aanbevolen om een interbestuurlijke overleg- en governancestructuur in stand te houden, verder te werken aan het verbinden van beleid en uitvoering en voor verrijking te zorgen met inbreng vanuit het bedrijfsleven en kennisinstellingen. Daarbij is het begrip ‘vertrouwen’ cruciaal om tot die -in de beleving van inwoners en bedrijven- ene digitale overheid te komen. Zo heb ik dat ook in mijn laatste voortgangsbrief aan de Tweede Kamer aangegeven. Een derde aanbeveling aan staatsecretaris van BZK is om een ‘dedicated’ groepje medewerkers min of meer onafhankelijk de opgebouwde overleg- en afstemmingsstructuur te laten ondersteunen. Liefst net als wij nu op het bureau gewend zijn in alle openheid. Alle vergaderstukken op tijd op de website en zo meer.
En last but not least: zorg alsnog voor aanvullende middelen. Ik ben er best trots op dat het Nationaal Beraad digitale overheid onder mijn leiding tot een redelijk financiële funding is gekomen. Tegen de stroom in, zeker, maar wel noodzakelijk. Er is een zogenaamde aanvullende post, waaruit geput kan worden, maar de ‘ambitieuze, brede digitaliseringsagenda’, waarop het kabinet inzet, vraagt mogelijk om meer…. Dus willen we als Nederland niet achter raken en hebben we de ambitie om de huidige door Harvard Business Review geconstateerde stagnatie van de digitalisering van de Nederlandse overheid te doorbreken, dan zal er (zoals ook in het rapport Maak waar! is aangegeven) aanvullend budget moeten worden geregeld. Een prachtige uitdaging voor staatssecretaris Knops bij de Voorjaarsnota.
‘ID is KEY’
En, toch nog een uitsmijter: ID is KEY. Het tempo om een betrouwbaar, veilig en gebruiksvriendelijke digitale identiteit gereed te hebben moet drastisch omhoog. En dat we al zes jaar bezig zijn met een wet, die een juridische basis daarvoor geeft, is een gotspe. De nieuwe politiek verantwoordelijke staatssecretaris heeft, zoals Annet Aris in haar artikel stelde, de taak ervoor te zorgen, dat de overheid niet bij voortduring achter de (digitale) feiten blijft aanlopen. De eerste kennismaking met staatssecretaris Knops, die aan mijn opdracht een vervolg zal geven, was in dat opzicht bemoedigend!
Geef een reactie