Hoe helpt de technologie de mensheid vooruit naar een betekenisvolle toekomst? Deze vraag staat centraal in Go Digital, Stay Human, het nieuwste boek van Christian Kromme. Hierin doet de trendwatcher een poging het universele en voorspelbare patroon achter disruptieve innovaties te pakken te krijgen. De auteur biedt een interessant concept, constateert Dave van Ooijen. Maar de maatschappelijke context waarin technologie functioneert, blijft onderbelicht.
Afgaande op de titel en de flaptekst heeft Kromme met Go Digital, Stay Human een veelbelovend boek geschreven. De ondernemer, trendwatcher en futurist besteedt in deze uitgave aandacht aan de manier waarop exponentiële technologieën (kunstmatige intelligentie, robotica en augmented reality) de basis leggen voor een compleet nieuwe economie. Kromme is oprichter van de in 2002 gestarte onderneming Artificial Industry. Een relatief klein, maar uitzonderlijk innovatief bedrijf, dat gespecialiseerd is in het maken van mensgerichte ontwerpen, online platforms en mobiele apps. Met als doel complexe zaken simpeler en begrijpelijker te maken voor gewone mensen.
In het boek doet de auteur een poging om het universele en voorspelbare patroon achter disruptieve innovaties te pakken te krijgen. Om beter te kunnen begrijpen wanneer en waarom bepaalde technologische trends ontstaan. Zodat nieuwe veranderingsgolven ook kunnen worden voorspeld. Maar maakt hij die verwachting ook waar? Het boek waarin Kromme zes ‘oude’ innovatiegolven onder de loep neemt en een zevende voorspelt, heeft een aantal zwaktes en beperkingen.
Humanification
De rode draad in het boek vormt het idee dat natuur en technologie evolutionair gezien dichter bij elkaar liggen dan we in eerste instantie zouden denken. Dat we veel kunnen leren van hoe de natuur werkt en hoe lichaamscellen communiceren, organiseren en complexe problemen oplossen. Volgens Kromme is er niets willekeurigs aan hoe organische systemen zich aanpassen aan veranderende omstandigheden. Als je goed kijkt naar de natuur kan deze ons helpen om innovatie te bevorderen en de exponentiële trends in de kunstmatige wereld te verklaren. De natuur kan ons bovendien leren hoe we technologie menselijker kunnen maken. Een concept dat Kromme humanification noemt.
‘De natuur kan ons leren hoe we technologie
menselijker kunnen maken’
Humanification is niet zomaar een idee, aldus Kromme. Het is een nieuw soort inzicht dat ons helpt te begrijpen waardoor technologie wordt aangedreven, wat een nieuwe, meer samenwerkingsgerichte maatschappij voor ons in petto heeft, en hoe we in de toekomst zaken zullen doen. Daarvoor is het belangrijk dat we eerst de parallellen leren zien tussen onze eigen biologie en de technologie van de eenentwintigste eeuw. Die moeten we leren begrijpen. In zijn zoektocht naar een middel om zijn drie maanden oude Lieke te genezen die aan een zeldzame genetische afwijking leed, hoorde Kromme over een nieuwe baanbrekende, maar controversiële, behandelingstechniek (biofotonentherapie) waarbij lichaamscellen behandeld worden met biofotonen (lichtdeeltjes). Kromme ontdekte een aantal opvallende parallellen met de manier waarop technologie werkt.
Innovatiegolven
We leven in een universum van beweging, patronen en zich herhalende cycli, stelt Kromme. Er zijn patronen die in vrijwel elk element van het leven op aarde terug te vinden zijn. Hij besefte dat sommige van die patronen zowel van toepassing zijn op de technologie als op de natuur. Ook realiseerde hij zich dat als je de golven kunt zien die de wereld aansturen, je een zeer gevraagde vaardigheid bezit. Hij stortte zich op het verkrijgen van inzicht in de patronen van verandering. En ontdekte dat eigenlijk alles zich in golven beweegt. Niet alleen de geschiedenis, maar ook technologie, energie, geluid en financiële markten.
‘We leven in een universum van beweging, patronen
en zich herhalende cycli’
Het herhalende patroon van ontwikkeling is volgens Kromme van toepassing in allerlei situaties: van het gebruik van draagbare technologie tot de toekomst van ons energiegebruik en zelfs het nut en het karakter van overheden. Door naar het grote geheel en de patronen daarin te kijken komt Kromme op zeven innovatiegolven. Ook legt hij verbanden tussen de ontwikkelingen in de wereld van technologie en een aantal van de grote kwesties waar de mensheid, onze gemeenschappen en de planeet mee te maken krijgen. Maar dan, vanaf hoofdstuk 16, waarin hij de zeven innovatiegolven in verband brengt met de in 1943 gepubliceerde ’theorie van de menselijke motivatie’ van de Amerikaanse wetenschapper en psycholoog Abraham Maslow (de beroemde piramide van Maslow) gaat het mis.
Piramide van Maslow
Zo stelt Kromme dat cycli vaak plaatsvinden in een patroon van zeven lagen, zeven golven of zeven herhalingen. Volgens hem is dat een natuurwet. Ook de piramide van Maslow zou volgens Kromme uit zeven lagen bestaan. In het oorspronkelijke artikel dat Kromme over de theorie van Maslow aanhaalt, gaat Maslow evenwel niet uit van zeven, maar van een piramide van vijf universele behoeften. De mens zou pas streven naar bevrediging van behoeften die hoger in de piramide staan, zoals de cognitieve behoefte om te begrijpen en te ontdekken, wanneer voldaan is aan de lager staande behoeften, zoals eten, huisvesting en veiligheid. Kromme neemt de ’theoretische’ aanname van Maslow zonder kritiek over. Tot op heden heeft empirisch onderzoek echter geen enkele steun opgeleverd voor de hiërarchische ordening van behoeften. Diverse onderzoeken hebben aangetoond dat ook ‘hogere’ behoeften nagestreefd kunnen worden los van de realisatie van ‘lagere’ behoeften.
En zo gaat Kromme, op zoek naar patronen, met nog meer concepten aan de haal. Hij komt bijvoorbeeld uit op zeven technologische golven. Waarbij de elkaar opvolgende golven parallel lopen met de door Kromme aangepaste piramide van Maslow. De koppeling aan de behoeften in ‘de piramide van Maslow’, die de basisstructuur van het boek vormt, is echter in hoge mate discutabel. Niet alleen omdat Maslow uitging van vijf in plaats van zeven behoefteniveaus, maar ook omdat de keuze van de zeven door Kromme geïdentificeerde innovatiegolven nogal afwijkt van de vier industriële revoluties tot nu toe. Daarnaast wil de aanwezigheid van overeenkomsten nog niet zeggen dat elke nieuwe behoefte ook een nieuwe innovatiegolf oplevert. En de aanwezigheid van overeenkomsten wil nog niet zeggen dat sprake is van een-op-eenrelaties of (causale) verbanden.
Rol van de overheid
Het historisch besef is bij Kromme eenzijdig en naar zijn eigen opvatting toe redenerend. Zo zegt Kromme op pagina 95 onder meer dat ‘overheden nu niet doen waar ze voor bedoeld zijn: de gemeenschap dienen en versterken in plaats van haar wil opleggen en heersen’. Waarmee hij zegt dat overheden nu niet handelen vanuit het algemeen belang. Hij voorspelt dat de overheid in 2030 vele malen kleiner en waarschijnlijk lichtgewicht digitaal of virtueel is. Overheidsfuncties zullen worden uitgevoerd door platforms die verstand hebben van een bepaald politiek onderwerp.
‘De genialiteit van Steve Jobs bestond voornamelijk
uit het inzicht dat hij wist te integreren wat
anderen hadden bedacht’
Met geen woord gaat Kromme in op de rol van overheden die aan de basis stonden van de huidige technologische ontwikkeling. Zoals Mariana Mazzucato in haar boek De ondernemende staat. Waarom de markt niet zonder overheid kan zo overtuigend heeft aangetoond. Uit het onderzoek van deze Italiaans-Amerikaanse hoogleraar aan de Universiteit van Sussex blijkt bijvoorbeeld dat publieke middelen een grote rol spelen bij het ontwikkelen en financieren van onderzoek. Zo is alles wat de iPhone slim maakt (gps, touchscreen, Li-ionbatterij, spraakherkenning, internet) te herleiden tot onderzoek dat in gang is gezet en gefinancierd door overheden. De genialiteit van Steve Jobs bestond voornamelijk uit het inzicht dat hij wist te integreren wat anderen hadden bedacht, op kosten van de belastingbetaler. Hij bedacht geen nieuwe technologie, wel een revolutionair nieuw product, zo stelt Mazzucato.
Technologisch frame
Op veel plaatsen in het boek doet Kromme ‘voorspellingen’. De een nog mooier dan de andere. Op basis daarvan laat hij zien hoe je disruptie kan herkennen en wat de voordelen van technologische innovaties zijn. Hoewel de titel van het boek anders doet vermoeden, besteedt Kromme aan de maatschappelijke context waarin technologie functioneert vrijwel geen aandacht. Net als veel andere futuristen en trendwatchers werkt Kromme vanuit een technologisch frame. Het door hem gemunte concept van humanification is echter maar één van de mogelijke uitkomsten.
Go Digital, Stay Human stelt belangwekkende vragen en biedt een interessant concept, maar stelt uiteindelijk toch teleur. Het boek is te veel een lofzang op technologie. Door de grote aandacht voor wat er technologisch verandert en door weinig aandacht te besteden aan de maatschappelijke context is Kromme nauwelijks kritisch op de machtsconcentratie bij digitale reuzen als Google, Facebook, Amazon en Microsoft. Bedrijven die een flinke bijdrage leverden aan de vergroting van ongelijkheid, het verspreiden van nepnieuws en het geven van voeding aan populistische woede. De manier waarop technologie zich de laatste jaren heeft ontwikkeld en morele vragen oproept, vraagt niet om een terugtredende overheid, maar om een optredende overheid die het publiek belang centraal stelt. Deze overheid is nodig om de door Kromme gewenste betekenisvolle toekomst met behulp van exponentiële technologieën ook echt mogelijk te maken.
Christian Kromme, Go Digital, Stay Human. Hoe technologie de mensheid vooruit helpt naar een betekenisvolle toekomst, Boom, 250 pagina’s, 2019, € 26,50
Geef een reactie