Agrarische locaties komen steeds vaker leeg te staan of zijn slechts in beperkt gebruik. Door daar seniorenwoningen te bouwen, kan de overheid de woningnood lenigen, boeren een extra inkomstenbron bieden en ondermijnende criminaliteit tegengaan, stellen Josefa Janssen, Benthe Booiman, Julia van Herpen en Anna Bosch.
Het ministerie van Justitie en Veiligheid heeft het directoraat-generaal Ondermijning opgericht om de dreigende ondermijnende criminaliteit tegen te gaan. Criminelen worden steeds wendbaarder en er is dus een behoefte aan innovatieve oplossingen. Een van de vormen van ondermijnende criminaliteit is volgens de rijksoverheid (z.j.-a) ‘drugsproductie en intimidatie agrarische sector’. Maar liefst een op de zeven boeren is wel eens benaderd door criminelen om hun schuur of loods te huren (Haggeman, 2019). Dit gebeurt vaak met veel geld, dwang of intimidatie.
‘De overheid moet de isolatie van het platteland verminderen en een alternatieve bestemming bieden voor de leegstaande schuren’
Ondernemers in de agrarische sector hebben soms moeite om het hoofd boven water te houden. Hun gebouwen staan leeg of zijn beperkt in gebruik waardoor ze geen toekomstbestendige economische functie (meer) hebben. Verwacht wordt dat Nederland in 2030 27 miljoen vierkante meter lege, agrarische locaties zal kennen (Gies et al., 2016, p. 8). Deze ontwikkeling blijft ook bij criminelen niet onopgemerkt. Daarnaast bevinden agrarische bedrijven zich in het buitengebied: voor criminelen een gunstige ligging om onder de radar te blijven (RIEC-LIEC, z.j.). De verhuur is bedoeld voor bijvoorbeeld de productie en opslag van hennep en synthetische drugs, waarvan het afval vervolgens in de nabije natuur gedumpt wordt. Dit laatste kent weer schadelijke gevolgen voor de gezondheid van de mens en het milieu (RIEC-LIEC, z.j.). Om dit tegen te gaan moet men de isolatie van het platteland verminderen en tegelijk een alternatieve bestemming bieden voor de leegstaande schuren. Zo wordt verhuur aan criminelen minder interessant en wordt het platteland voor criminelen een minder makkelijk doelwit. Wij stellen daarom voor om in de lege panden seniorenwoningen te realiseren.
Pilot
Vanwege de ingrijpende veranderingen die de diversiteit van dit plan met zich meebrengt, stellen wij voor te beginnen met een pilot in vier gemeenten beoordeeld naar stedelijkheid. Deze wordt door het CBS (2022) bepaald met het aantal adressen per vierkante kilometer. De pilot laat zich naar onze mening het beste uitvoeren in twee niet-stedelijke gemeenten (>500), een weinig stedelijke gemeente (500-1000) en een matig stedelijke gemeente (1000-1500). (Zeer) sterke stedelijke gemeenten nemen wij hier niet in op omdat wij hier geen tot weinig buitengebied verwachten. Voor een ex durante en ex post evaluatie kwantificeren wij ons doel, het voorkomen van drugsproductie en intimidatie in de agrarische sector, in een percentage leegstaande panden dat binnen een bepaalde termijn een andere bestemming heeft gekregen. Door dit concrete stappenplan willen wij de haalbaarheid van dit plan bevorderen. Het is geen snelle oplossing, maar een langetermijnplan, dat niet op symptoombestrijding maar op een integrale aanpak is gericht.
Actoren
Als centrale actor zien wij de lokale overheden omdat zij het probleem en de locatie van de panden beter kunnen inschatten dan andere overheden (Boutellier & Gilsing, 2014). Daarnaast hebben zij belang bij het tegengaan van de ondermijnende criminaliteit en bij het creëren van meer woningen op een duurzame manier. Zij zullen het project dan ook overzien en stimuleren.
‘Gemeenten hoeven niet zelf de panden om te bouwen, maar dienen een markt te faciliteren’
Dit is namelijk een moeilijke opgave. Panden zijn soms nog gedeeltelijk in gebruik of er wonen nog mensen op de boerderij, waardoor leegstand minder opvalt (Gies et al., 2016, p. 26). Gemeenten hoeven niet zelf de panden om te bouwen, maar dienen een markt te faciliteren waar aanbieders (boeren) en vragers (investeerders) samenkomen; er zijn dan ook nog twee andere stakeholders. De woningcorporatie zal het plan uitvoeren en heeft vooral een belang bij het zo makkelijk en zo winstgevend mogelijk kunnen bouwen. Tot slot is de boer stakeholder aangezien hij zijn eigen pand beschikbaar moeten stellen. De boer zal vooral belang hebben bij het generen van inkomsten en het veiligstellen van een zekere toekomst.
De politiek-bestuurlijke context van deze innovatie wordt gekenmerkt door de turbulente relatie tussen boer en overheid. De algemene trend van afname van vertrouwen in de democratie is vanaf 2001 in heel Nederland zichtbaar (Bovens & Wille, 2006, p. 51), maar de boerenprotesten van de afgelopen jaren maken duidelijk dat met name deze groep zich gedupeerd voelt door de politieke ontwikkelingen. Deze isoleren het platteland steeds meer en zorgen zo niet voor een veilige omgeving. Het is daarom juist van belang dat overheden een rol gaan spelen in deze sector, met bijvoorbeeld alternatieven voor inkomen om perspectief te bieden.
Financiering
Wat betreft de financiering zijn er een aantal zaken waarvoor geld vrijgemaakt moet worden. Doordat er meer mensen op plekken wonen die minder goed bereikbaar zijn, zal er geïnvesteerd moeten worden in lokaal openbaar vervoer. Daarnaast moet er geld vrijkomen om een aantal voorlichtingsactiviteiten voor boeren te organiseren, waar zij wellicht ook al kennis kunnen maken met de investeerders. Ook moeten er subsidieregelingen komen voor uitvoerders zoals woningcorporaties om het hergebruiken van leegstaande panden te stimuleren. Tot slot moet er subsidie voor de gemeente vrijkomen voor het inrichten van de markt voor het hergebruiken van leegstaande panden. Hiervoor kan vooral gebruik worden gemaakt van middelen van de rijksoverheid. Zo is er voor 2022 542 miljoen euro vrijgemaakt voor de aanpak van ondermijnende criminaliteit (waarvan 434 miljoen structureel) (min. JenV, 2021). Daarnaast is er 6,8 miljard euro beschikbaar gesteld voor het aanpakken van klimaatverandering, waar aanspraak op gemaakt kan worden, gezien de duurzame oplossing (rijksoverheid, z.j.-b).
Maatschappelijke voordelen
Door het aanpassen van het bestemmingsplan van leegstaande panden op het platteland, en daarmee het mogelijk maken van woningbouw voor seniorenwoningen, wordt er niet alleen een bijdrage geleverd aan de aanpak van ondermijnende criminaliteit. Ten eerste levert de innovatie een bijdrage aan het verminderen van de woningnood, aangezien er meer woningen op het platteland gerealiseerd worden. Door bijvoorbeeld het bouwen van seniorenwoningen verruilt een deel van deze doelgroep de stad voor het platteland. Daardoor is er in stedelijke gebieden ruimte voor studenten of starters, twee doelgroepen waar de woningnood het hoogst is.
‘Door nieuwe bewoners wordt het gebied levendiger en dus minder aantrekkelijk voor criminelen’
Ten tweede gaat het hierbij om een duurzame oplossing. Aangezien bijvoorbeeld stallen hiervoor in aanmerking komen, worden boeren gestimuleerd om hun bedrijf te verkleinen, wat bijdraagt aan een lagere CO2- en stikstofuitstoot. Daarnaast kunnen oude panden omgebouwd en dus hergebruikt worden. Ten derde zorgt deze maatregel voor een hogere mate van sociale controle. Door nieuwe bewoners wordt het gebied levendiger, wat ervoor zorgt dat het gebied minder aantrekkelijk is voor criminelen. Ten vierde is dit wellicht een goed alternatief voor de onzekere toekomst van boeren. Boerenbedrijven worden immers steeds minder overgenomen door volgende generaties vanwege een gebrek aan toekomstperspectief (Gies et al., 2016, p. 24).
Literatuur
Boutellier, J. C. J., & Gilsing, R. (2014). Gewoon, dichtbij – Gedeelde verantwoordelijkheid voor lokale kwaliteiten. Geraadpleegd van https://vng.nl/files/vng/2014_vng_denktank_web.pdf
Bovens, M. & Wille, A. (2006). Waar bleef het vertrouwen in de overheid? Bestuurskunde 2006(4), pp. 50-64.
CBS. (2022). Stedelijkheid. Geraadpleegd van https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2019/44/meeste-afval-per-inwoner-in-minst-stedelijke-gemeenten/stedelijkheid
Gies, T.J.A., Nieuwenhuizen, W., Naeff, H.S.D., & Och, R.A.F., van. (2016). Landelijk gebied en Leegstand : Aard, omvang en oplossingsrichtingen van huidige en toekomstige leegstand agrarisch vastgoed in Nederland. Alterra Wageningen UR. Geraadpleegd van http://library.wur.nl/WebQuery/wurpubs/fulltext/393440
Haggeman, H. (2019, 19 juli). Een op zeven Achterhoekse boeren benaderd door crimineel, meldt dit rapport: ‘Het komt deze kant op’. De Gelderlander. Geraadpleegd van https://www.gelderlander.nl/doetinchem/een-op-zeven-achterhoekse-boeren-benaderd-door-crimineel-meldt-dit-rapport-het-komt-deze-kant-op~a5ffb063/
Ministerie van Justitie en Veiligheid. (2021). Aanpak ondermijnende criminaliteit. Geraadpleegd van https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/prinsjesdag/documenten/publicaties/2021/09/21/aanpak-ondermijnende-criminaliteit
RIEC-LIEC. (z.j.) Corona stopt criminelen niet, ook niet in het buitengebied. Geraadpleegd van https://hetccv.nl/fileadmin/Bestanden/Onderwerpen/Georganiseerde_criminaliteit/Infographic_stop_criminelen_in_het_buitengebied.pdf
Rijksoverheid. (z.j.-a). Ondermijnende criminaliteit. Geraadpleegd van https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/ondermijning/ondermijnende-criminaliteit
Rijksoverheid. (z.j.-b). Plannen voor het klimaat. Geraadpleegd van https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/prinsjesdag/belangrijkste-maatregelen-prinsjesdag/klimaat
Geef een reactie