Na tien jaar Mark Rutte als minister-president is het tijd voor een tussenbalans. Petra de Koning volgde hem van dichtbij en schreef het boek Mark Rutte, hier besproken door Lex Cachet. De biografie laat onder meer zien hoezeer politiek leiderschap op het hoogste niveau gebaat is bij flexibiliteit. Tegelijkertijd blijft Rutte ook na het lezen van dit boek een beetje een raadsel.
Mark Rutte is eind 2020 nog volop actief als minister-president en als politiek leider en lijsttrekker voor de VVD, bij de verkiezingen van maart 2021. Toch verscheen dit najaar al een biografie van hem; geschreven door NRC-journaliste Petra de Koning[1]. De afgelopen jaren heeft De Koning Rutte van dichtbij gevolgd en met veel mensen uit zijn omgeving gesproken. Mark Rutte zelf liet zich niet interviewen. Hij zag het hele project niet zo zitten: “(hij) vond dat een raar project. Je ziet, zei hij, toch altijd hetzelfde vrolijke mannetje” en “Dat was zo” (p.231).
Fenomeen Rutte
Het boek markeert de tien jaar waarin Mark Rutte premier was van drie opeenvolgende kabinetten van heel verschillende signatuur. Het boek is vlot en journalistiek geschreven en dus uitermate leesbaar. Veel van de feiten en wetenswaardigheden over Rutte kenden we al uit eerdere publicaties van De Koning of uit andere bronnen. Erg veel wijzer over hoe hij ‘echt’ in elkaar steekt als persoon word je niet echt. Of het moet de boodschap zijn dat ‘het vrolijke mannetje’ ook heel boos kan worden, een uitgesproken control freak is en zeer hecht aan telkens weer dezelfde routines: op zondag met een appel op de fiets naar het Catshuis voor het wekelijkse corona overleg, bijvoorbeeld.
‘Rutte is een fenomeen door zijn vermogen crises te overleven’
Rutte is een fenomeen. Niet alleen omdat hij de eerste liberale premier in de moderne tijd is en dat inmiddels al een decennium volhoudt. Hij is vooral een fenomeen door zijn vermogen crises te overleven. De Koning laat overtuigend zien dat het meer dan eens helemaal niet zo vanzelfsprekend was dat Rutte de onomstreden leider van de VVD zou worden. Zijn nipt gewonnen machtsstrijd met Rita Verdonk is daar het bekendste voorbeeld van. Maar ook de vorming van zijn (tot nu toe) drie kabinetten kende meer dan eens momenten waarop het net zo goed mis had kunnen lopen. Soms ging het ook echt mis; met een wel gevormd kabinet (Rutte I) of met een nog nauwelijks gevormd kabinet (de moeizame start van Rutte II).
‘In Nederland kun je alleen langdurig minister-president zijn als je niet al te uitgesproken eigen opvattingen hebt’
Rutte is ook een fenomeen omdat hij in het hedendaagse gefragmenteerde politieke landschap, als geen ander, in staat is ad hoc coalities te smeden. Hij trotseert al lang en met succes situaties waarin zijn kabinet geen meerderheid in de Eerste Kamer (meer) heeft. Inmiddels geldt dat zelfs voor de Tweede Kamer. De drie kabinetten Rutte hebben daarom meer akkoorden met oppositiepartijen gesloten dan enig eerder kabinet in de Nederlandse geschiedenis. De belangrijkste politiek-bestuurlijke les lijkt dat je in Nederland coalitieland alleen maar langdurig minister-president kunt zijn als je niet al te uitgesproken eigen opvattingen hebt.
Powerbroker
Het lijkt geen toeval dat Mark Rutte zich herhaaldelijk heeft afgezet tegen het idee dat hij ‘een visie’ zou moeten hebben. Hij lijkt meer iemand die vanuit een niet al te conservatief, redelijk open, liberaal wereldbeeld in staat is (als weinig anderen) coalities te sluiten en compromissen tot stand te brengen tussen partners met zeer uiteenlopende andere opvattingen.
‘In een tijd van extreme politieke fragmentatie en polarisatie is Rutte de ideale minister-president’
Een voorbeeld daarvan – maar er zijn er veel meer – is dat hij erin slaagde in zijn derde kabinet sterk verschillende partijen als ChristenUnie en D66 bij elkaar te brengen en te houden. Rutte is meer een powerbroker dan een gedreven visionair die zijn wereldvisie probeert te realiseren. Hij lijkt als premier meer op Ruud Lubbers of Wim Kok dan op – de door hem zeer bewonderde – Joop Den Uyl. Overigens doet Rutte als persoon nog het meest aan Willem Drees denken: wars van gewichtigdoenerij en weinig of niet geïnteresseerd in materiële zaken en de ‘pomp and circumstance’ die zijn ambt met zich brengt. In een tijd van extreme politieke fragmentatie en polarisatie lijkt een nuchtere magiër als Rutte de ideale minister-president: bereid eigen opvattingen ondergeschikt te maken aan het kunnen realiseren van kabinetsbeleid.
Flexibiliteit
Deze biografie laat zien hoezeer politiek leiderschap op het hoogste niveau gebaat is bij flexibiliteit. Wie te star vasthoudt aan eigen gelijk zal geen partijleider of premier worden. Mark Rutte liet de hypoheekrenteaftrek vallen, de 130 kilometer, het ‘geen cent meer naar Griekenland’, de 1000 euro voor iedere werkende Nederlander en de dividendbelasting voor grote bedrijven bleef gewoon. Dat hij toch min of meer ongeschonden uit die gevechten kwam, heeft alles te maken met een andere kwaliteit: zijn communicatieve vaardigheden. Rutte’s grote gaven op het terrein van communicatie blijven wat onderbelicht in dit boek. Rutte wekt op zijn minst de indruk dat hij met iedereen, ongeacht achtergrond, functie of opleiding, even graag en makkelijk praat. Belangrijk is dat Rutte niet alleen ‘live’ op straat, maar ook in het Kamerdebat of op de TV goed overkomt. Vooral dat laatste is in deze tijd van mediacratie buitengewoon belangrijk.
‘Rutte blijft in veel opzichten een beetje een raadsel’
In de coronacrisis heeft Rutte opnieuw laten zien hoe goed hij in staat is een boodschap uit te dragen: ‘alleen samen worden wij corona de baas’. Eerder deed hij iets vergelijkbaars ten tijde van de MH17 ramp. Een deel van zijn kracht in dergelijke situaties is dat hij authentiek is. Zijn ‘onderste steen boven’ ten tijde van MH17 was net zomin gespeeld als het ‘alleen samen’ tijdens de huidige crisis. Dat laatste past ook naadloos in Rutte’s overtuiging dat niet de overheid maar de samenleving richting moet geven. Zoals hij ooit ook stelde dat niet het kabinet maar de samenleving over de kleur van Zwarte Piet ging. Dat hij daar nu anders over denkt, laat weer iets van zijn flexibiliteit zien.
Tussenbalans
Petra de Koning heeft het zichzelf niet gemakkelijk gemaakt door een biografie te schrijven van een politicus die nog volop actief is. Daardoor is het immers te vroeg om de balans op te maken. In de woorden van Pieter Sijpersma, biograaf van Hans Wiegel: “De biografie van iemand die naar de mens gesproken nog een leven voor zich heeft, kan niet anders dan onvolledig of onvoldragen zijn”. Meer dan een tussenbalans zit er dus niet in. Het fenomeen Mark Rutte wordt (nog) niet echt geanalyseerd. In veel opzichten blijft hij, ook na het lezen van dit boek, een beetje een raadsel: schijnbaar dichtbij maar toch ook veraf. De Koning’s boeiende boek lijkt vooral materiaal voor latere geschiedschrijving aan te dragen. Dat moet de historicus Rutte toch wel weer aanspreken.
Noten
[1] Petra de Koning. Mark Rutte. Uitgeverij Brooklyn: 2020. 232 bladzijden.
Geef een reactie