Bestaat er zoiets als politieke agendabouw? Het besluit om ergens niet over te besluiten? Als student politicologie, jaren zestig, struikelde ik over Bachrach en Baratz, Amerikaanse politicologen, die Two Faces of Power zagen. Het ene gezicht van de macht was waarover je besluiten neemt, het tweede waarover je dat juist niet doet.
Het probleem was dat tweede gezicht: waarover je niet wilt besluiten wordt vaak niet formeel besloten. Dan zijn er vaak weinig onderzoekbare sporen te vinden. Het is dan een ‘non-event’, iets dat niet gebeurd is. Dat is moeilijk te onderzoeken en te analyseren.
Kennis over het basisinkomen
Die herinnering kwam boven, toen het NPI (Netwerk voor Politieke Innovatie) zich de vraag stelde wat te doen met de herlevende discussie over het basisinkomen. De Vrijzinnige Partij van Norbert Klein had heel dapper het basisinkomen in het programma opgenomen. GroenLinks pleitte voor experimenten, D66 wilde verder onderzoek.
Het NPI had als leidende gedachte dat goede kennis en breed onderzoek tot rationeler, minder ideologisch debat zou kunnen leiden en ontwikkelde een programma voor onderzoek naar het basisinkomen, de invoering en de gevolgen ervan. Het voorstel werd verspreid en gevraagd werd om inhoudelijke reacties. Geadresseerden: WRR, SCP, het ministerie van SZW, het ministerie van EZ en politieke partijen. Geen materiële reactie, maar opgeven doen we niet.
Kort voor de verkiezingen vond in de Kamer een debat plaats over de Motie Klein, waarin deze nader onderzoek bepleitte. Niet echt nodig, oordeelde de minister van SZW, want het CPB had voldoende aangetoond dat het geen begaanbaar pad voor praktisch beleid was. Dat vond het NPI jammer en we belegden op 10 maart een kleine conferentie over de vraag of we voldoende wisten.
Deelnemers
Wie wilde met ons in debat over die methodische en wetenschappelijke vraag? Nu wordt het spannend: het CPB niet. Desgevraagd: ons oordeel ligt in de doorrekeningen van de programma’s en het CPB mengt zich niet in politieke discussies. Het is een wel begrijpelijke positie voor een beleidsonderzoeker.
We vroegen ook de departementen weer om inhoudelijke reacties: maar de ministeries van SZW en EZ reageerden met een brief van een publieksvoorlichter die braafjes de standpunten van de minister in de Kamer herhaalde. Daar hadden we niks aan.
Van de WRR kwam recent een vriendelijk briefje, het SCP reageerde nietszeggend.
Is dit de ‘non-event’, die ik hiervoor aangaf? De minister beriep zich op de modelmatige analyse van het CPB, die niet gericht was geweest op het analyseren van het basisinkomen, maar op een vergelijking van partijprogramma’s. Ook de uitkomst van het CPB was met ‘meer dan gebruikelijke onzekerheden omgeven’, zoals het CPB zelf toegaf. Bovendien wijzen empirische gegevens, die over experimenten van overal tot ons komen, eerder in positieve richting, namelijk dat het basisinkomen wel veel meer positieve gevolgen kan hebben op een breed terrein, dan het CPB in beeld bracht. Kortom, een rare afsluiting van het debat in het parlement.
We moesten het in ons symposium doen met voorstanders van het basisinkomen en een enkeling die reserves had, maar degenen die vanuit een beleidsomgeving konden spreken, waren er niet. Mochten zij niet? Mocht zelfs zwijgend aanwezig zijn niet?
Het politieke vervolg
Norbert Klein, niet meer verkozen, was er ook. Hij toonde zich tevreden over het contact met het CPB, in het kader van de doorrekeningen, maar ook kritisch.
Het NPI gelooft nog steeds in nut en noodzaak van beter onderzoek en verkenning door experimenten; ook variaties (bijvoorbeeld het basisinkomen voor leeftijdsgroepen zoals Annemarie van Gaal bepleitte), of andere maatregelen gericht op eenvoud (bijvoorbeeld fiscale hervormingen) zouden in het programma van onderzoek aandacht moeten krijgen.
D66 is voor onderzoek, GroenLinks voor experimenten: twee van de vier beoogde coalitiepartners. Iedereen heeft ons voorstel ontvangen, dus ik ben benieuwd of het ‘tweede gezicht van de macht’ blijft bestaan. Wij zijn geen lichtzinnige dwazen, die iets geks willen. Een gefundeerd besluit over een eventueel basisinkomen moet genomen worden op grond van zo goed mogelijke kennis en onderzoek.
Geef een reactie