Er valt een brief op de mat bij Truus, die niet voor haar is. Door het venster van de envelop kan ze nog net het onderwerp lezen: bevestiging adreswijziging. Dat is vreemd, want hier woont Truus.
Als ze de gemeente mailt, leert ze dat ze een adresonderzoek moet laten starten. Het kan zijn dat ze door dat onderzoek brieven ontvangt, die niet voor haar zijn. Die moet ze retour sturen.
Truus vindt het maar eng. Haar zus had jaren geleden ook problemen met haar adres. Het kostte haar een jaar om alles weer recht te breien bij diverse instanties. Truus belt daarom even met de SVB, om zeker te weten dat er niets misgaat met haar AOW en met de Belastingdienst. Die adviseert haar om regelmatig naar haar toeslagen te kijken.
Als ze naar de gemeente gaat, krijgt ze te horen dat ze niet wordt geïnformeerd over wie zich inschrijft op haar adres en ook niet dát iemand zich inschrijft. Truus krijgt ook geen bevestiging van het adresonderzoek, zodat ze die eventueel aan instanties kan laten zien. Dat is niet nodig, want instanties kunnen zelf in een systeem zien dat haar adres onderzocht wordt.
‘Een inschrijving op je adres kan grote gevolgen hebben, maar wat heb je in handen om je gelijk aan te tonen?’
En ze krijgt ook niets te horen als de ‘spookbewoner’ na onderzoek uitgeschreven wordt. Allemaal vanwege de privacy, aldus de gemeente. Wel mag ze langskomen om te vragen hoeveel mensen er op haar adres ingeschreven staan. Truus vindt het maar een vreemde gang van zaken.
Er gaan vier weken voorbij. Daarin gaat ze nog eens bij de gemeente langs, zoekt tevergeefs contact met de ombudsman en dient daarna een klacht in. Daarover wordt ze gebeld. Waar gaat het over? Haar zaaknummer kunnen ze niet inzien, waarschijnlijk een systeemfout. Ja, haar spookbewoner staat nog ingeschreven. Maar ze heeft wel degelijk te horen gekregen dat iemand is ingeschreven op haar adres. Dat gaat automatisch, via het systeem. Nee, daar kan ze geen kopie van krijgen.
In de weken daarna stuurt Truus nog een boze mail. Ze moet maar aannemen dat er van alles gebeurt, maar als er iets misloopt, kan zij niets aantonen, luidt haar klacht. Twee maanden na de eerste brief hoort ze dat het onderzoek beëindigd is. De spookbewoner is uitgeschreven en Truus is gerustgesteld.
Nu staat inderdaad in de wet dat de gemeente niet mag vertellen wíe er is ingeschreven. En dat is tevens het enige dat iemand natuurlijk allang weet als er een brief op diens naam op de mat ligt. Over al het andere is duidelijke informatie alleen maar goed. Inclusief een bewijs van onderzoek. Want een inschrijving op je adres kan grote gevolgen hebben. En Truus heeft gelijk: wat heb je in handen om je gelijk aan te tonen?
*Deze column verscheen oorspronkelijk op 23 maart 2019 in het Financieele Dagblad.
Stichting Kafkabrigade verzorgt ook masterclasses over digitalisering en behoorlijk bestuur. Klik hier voor meer informatie.
Geef een reactie