Steeds meer worden de mogelijkheden van big en open data gezien binnen de overheid. Beschikbare data en technologische mogelijkheden bieden kansen om gerichter en pro-actiever te werken en kennis van en over inwoners intensief te benutten. Daarnaast stelt het inwoners in staat om bij te dragen aan transparantie, signalering, keuzevrijheid en legitimiteit van het bestuur. Nog niet zo heel lang geleden was het fenomeen Big Data voorbehouden aan universiteiten, inlichtingendiensten en onderzoeksinstellingen als CERN in Genève.
Inmiddels vormen data de belangrijkste grondstof voor de economie als geheel. Dataonderzoek leidt aan de lopende band tot revolutionaire ontwikkelingen in allerlei sectoren: medische doorbraken in kankeronderzoek door analyse van DNA en baanbrekende wetenschappelijke ontdekkingen op het gebied van de natuurkunde in CERN zouden er niet geweest zijn zonder de capaciteit om patronen te ontdekken in de gigantische hoeveelheden data.
‘Niet voor niets noemde oud-Eurocommissaris Neelie Kroes data ‘het nieuwe goud’
Data vormen de basis voor veel van de activiteiten van de overheid en het bedrijfsleven en niet voor niets noemde oud-Eurocommissaris Neelie Kroes data ‘het nieuwe goud’. Overheidsorganisaties en het bedrijfsleven maken bij de analyse van data gebruik van persoonlijke gegevens van burgers en daar wringt op dit moment de schoen. Onder de noemer veiligheid (overheid) of optimaliseren van de klantbeleving (bedrijfsleven) worden op grote schaal uw en mijn gegevens verwerkt als Big Data.
De wetenschappelijke raad voor het regeringsbeleid (WRR) deed onlangs op verzoek van het kabinet onderzoek naar big data in het veiligheidsdomein. De WRR breekt big data-processen in op in drie fasen: verzameling, analyse en gebruik van gegevens. De huidige juridische kaders blijken volgens de onderzoekers vooral gericht op het verzamelen en delen van gegevens. Burgers zijn door deze kaders echter nog onvoldoende beschermd. Juist in de fases van de analyse en het gebruik van data liggen de belangrijkste kansen en risico’s van big data besloten en zijn nieuwe regels nodig, zo stelt de WRR. De WRR wordt op haar wenken bediend door de nieuwe Algemene Verordening Gegevensbescherming van de EU. Die stelt strikte grenzen aan bijvoorbeeld het gebruik van persoonsgegevens voor profilering en het delen van gegevens met andere organisaties.
Slimmer gebruik
Bij de behandeling van de nieuwe wet op de inlichtingen en veiligheidsdiensten en de wet computercriminaliteit III wordt duidelijk dat het kabinet inzet op bevoegdheden en mogelijkheden om meer data te verzamelen. Dat stuit op verzet van de Tweede Kamer en bij het publiek. Bij de lokale overheid speelt dit minder, alle benodigde data zijn al voorhanden en kunnen worden ingezet voor positieve doeleinden. De burgers hebben hierbij niet het gevoel bespied te worden en als we open en transparant zijn over wat we doen krijgen ze dit gevoel ook niet.
‘Ontdek mogelijkheden door slim te kijken naar bestaande data’
De lokale overheid is niet op zoek naar meer data. De sleutel ligt in het slim analyseren en gebruiken van bestaande data. Nederlandse gemeenten experimenteren op kleine schaal met big data en daaruit kunnen voorzichtige conclusies worden getrokken. Zo heeft de gemeente Zaanstad in een pilot onderzocht of op basis van gegevens huiselijk geweld kan worden voorspeld en voorkomen. Gemeente Eindhoven heeft big data op buurtniveau geïnterpreteerd voor het verbeteren van de leefomgeving en zelfredzaamheid van burgers. Deze innovatieve projecten laten mooi zien wat de mogelijkheden zijn van big data voor het verbeteren van het leven op buurtniveau. Het mooie is: de data waren er al! Gemeenten zijn dit alleen op een andere manier gaan analyseren. En dat is precies waar het om gaat, gebruik maken van wat je al hebt en kansen en mogelijkheden ontdekken door slim te kijken naar deze data.
Vertrouwen
De oproep van de WRR slaat de spijker op de kop, want wie bepaalt eigenlijk wanneer we gegevens voor welk doel mogen inzetten? En waar gaan de goede bedoelingen van data-analyse over in ongevraagde inmenging in de persoonlijke levenssfeer? Meer regels ontslaan de overheid niet van morele en ethische keuzes. Het is van het allergrootste belang om transparant te zijn over de verwerking van gegevens om burgers het vertrouwen te geven dat de privacy voldoende is gewaarborgd. Gemeenten moeten voldoende checks & balances inbouwen om te zorgen dat de analyse en het gebruik van data zo zorgvuldig mogelijk plaatsvindt, met een scherp oog voor een van de belangrijkste burgerrechten: het recht op privacy. Pas na het invullen van deze belangrijke randvoorwaarde kunnen big data bij de overheid op grotere schaal leiden tot mooie innovaties.
‘Privacy is een grondrecht’
Hoe zorgen we ervoor dat de gemeente van vandaag en morgen privacy in zijn werkzaamheden heeft geborgd? De VNG heeft – juist in het licht van grootschalige dataverwerking en steeds meer digitale dienstverlening – een position paper voorbereid waarin gemeenten als collectief afspreken voortvarend werk te maken van privacy en te benadrukken dat de gemeente een betrouwbare eerste overheid zijn die de privacy van inwoners als een van de hoogste prioriteiten heeft. Gemeenten moeten zorgvuldig en veilig, proportioneel en vertrouwelijk omgaan met het verzamelen, bewaren, beheren en gebruiken van persoonsgegevens en andere informatie die de persoonlijke levenssfeer van burgers raakt. Burgers moeten daarop kunnen vertrouwen; privacy is immers een grondrecht. Als burgers dat vertrouwen niet hebben, dan kan dat er onbedoeld toe leiden dat zij geen hulp vragen of geen beroep doen op de gemeentelijke dienstverlening. Bovendien schaadt het het algemene vertrouwen in de overheid; we hebben dat in de afgelopen jaren gezien na berichten in de media over gemeenten en privacy.
Het generiek en collectief organiseren van het privacyvraagstuk sluit aan bij de ambities van de Digitale Agenda 2020: alleen samen en met voldoende privacyborging kunnen we als Nederlandse gemeenten de burger optimaal laten profiteren van de datagedreven gemeente.
Geef een reactie